Acht dieren, ieder met hun eigen leefgebied. Hoe zit dat dan met die leefgebieden (biotopen)? Wat hebben dieren nodig om te kunnen overleven?

Op een dag staan in de klas acht verschillende dieren uit acht verschillende landschappen. Aan elk dier hangt een kaartje met de tekst ‘ik ben de kluts kwijt’. Uit de introductiebrief blijkt dat de dieren op school zijn afgeleverd en dat ze in de war zijn. Ze weten niet waar ze wonen, wie hun buren zijn, voor wie ze moeten oppassen, wat ze graag lusten, hoe ze hun nestje moeten bouwen, enzovoorts. Kunnen de leerlingen de dieren helpen om de ‘kluts’ weer terug te vinden?

De leerlingen gaan aan de slag met verschillende leefgebieden. Ze bouwen het landschap waar vos woont na en schrijven vos een brief over wat hij graag lust. Ook zoeken ze uit hoe vos een vrouwtje kan versieren. Vervolgens weet hij nog niet hoe zijn nest eruitziet en gaan de leerlingen hem daar weer mee helpen.

Andere groepjes gaan bezig met andere dieren. Duif voelt zich dan al snel weer thuis bij de snackbar in het winkelcentrum. De bosuil weet weer dat hij ’s nachts op jacht gaat en zo zorgen de leerlingen er samen voor dat alle dieren weer op de juiste plek terechtkomen!