Bodem
Iedere bodemsoort heeft zijn specifieke eigenschappen. Door de verschillende opdrachten maken de leerlingen onder andere kennis met het planten- en dierenleven op en in de bodem en de opbouw van de bodem. Zo zullen ze de structuur van de verschillende lagen kunnen onderscheiden. Daarbij wordt gebruik gemaakt van grondboren en een zevenset. Ook is er een stalen pen die in de grond prikt en op diverse grondsoorte verschillend diep gaat.
Doel:
Leerlingen weten:
- wat de functie van de bodem is voor planten en dieren
- wat de bodem kan vertellen over de geschiedenis.
Leerlingen leren over de kringloop in de bodem.
Leerlingen maken kennis met een aantal veldwerkmaterialen en onderzoeksmethoden.
Tijdsinvestering:
Een dagdeel
Opmerkingen:
De beste tijd om met de leskist te werken is tussen half maart en half oktober.
Inhoud:
- Docentenhandleiding
- Werkboek en werkbladen
- Twee x zes opdrachtkaarten
- Drie kaarten bodemtypen
- Drie kaarten van het zeven van grond
- Drie zeven (5-delig)
- Drie duimstokken
- Drie valpennen
- Hardboardplaatjes
- Grote pot lijm met drie kwastjes
- Drie kokers met elk 14 potloden
- Drie loepen
- Drie zandlinealen
- Drie bodemvochtigheidsmeters
- Bodemthermometers
- Drie uitleggoten
- Eén zandboor.
- Type
- Leskisten
- Niveau
- buitenschoolse opvang, groep 7, groep 8
- Periode
- Half maart tot half oktober
- Plaats
- ´rondom school buiten´
- Uitvoering door
- Leerkracht
- Duurzame ontwikkelingsdoelen
