Multidisciplinair & Groei

De leerlingen leren wat ontkiemen is en hoe het werkt. Ze leren hoe een boom functioneert en groeit. De leerlingen leren de cyclus van ei tot vlinder en kunnen deze fases benoemen. De leerlingen leren dat een driehoeksconstructie stevig is en dat je met hulpmiddelen invloed kan hebben op groei.  De leerlingen leren dat hun ledematen kunnen bewegen door de gewrichten. De leerlingen leren wat de fases zijn van kikkerdril tot kikker en leren te observeren. Op het gebied van beeldende kunst oefenen ze in creatief denken, fijne en grove motoriek en werken met verschillende teken- en schildermaterialen en klei. De leerlingen oefenen om door middel van splitpennen en andere materialen losse voorwerpen te bevestigen en te laten bewegen.

Les 1: De leerlingen leren wat ontkiemen is en wat er nodig is voor zaad om goed tot ontkiemen te komen. Ze leren om exact te kijken en dit te verwoorden. Ze leren dat een boom vaststaat in de grond met zijn wortels en dat hij daar zijn voeding vandaan haalt. Ze kunnen verschillende onderdelen van een boom benoemen en leren om door middel van splitpennen losse onderdelen te laten bewegen.

Les 2: De leerlingen leren de cyclus van ei tot vlinder en kunnen deze fases benoemen. Ze oefenen in creatief denken.

Les 3: De leerlingen leren dat een driehoeksconstructie stevig is. Ze begrijpen dat materiaal en functie een relatie hebben. Ze oefenen hun fijne en grove motoriek.

Les 4: De leerlingen leren dat hun ledematen kunnen bewegen door de gewrichten. Ze oefenen met diverse materialen om door middel van aanhechting voorwerpen te laten bewegen. De leerlingen vergroten hun lichaamsbesef.

Les 5: De leerlingen leren wat de fases zijn van kikkerdril tot kikker. Ze doen ervaring op met het meten van afstanden en leren om exact naar een schilderij te kijken. De leerlingen leren experimenteren met klei en water.

Benodigdheden:

• Ziplockzakjes en vochtige watten en eventueel zes bakjes.
• Kastanjes, eikels, zakjes graan, tuinkers of andere of ander snel ontkiemend zaad.
• Een logboekje.
• Superzoekers (keukenrollen of buizen om met focus te kijken).
• Stevig (gekleurd) papier en vetkrijt, lijm, splitpennen en scharen.
• Hoepels en geluidsinstallatie.
• Wit/blauw papier, (olie) pastel krijt, kleine stukjes, gekleurd vlieger en/of tissuepapier, eventueel teken- en schildermateriaal en ecoline.
• Een doos, knuffelmuis, appel en touw.
• Bouwmateriaal, zoals playmais, marsmallows, tumtummetjes, cocktailprikkertjes of ijslollie stokjes.
• Een knuffel/pop, bij voorkeur waarvan de ledematen kunnen bewegen.
• Behangpapier, vetkrijt en scharen.
• Diverse bevestigingsmaterialen: chenilledraad, tape, tie-wrap, paperclips, ijzerdraad, splitpennen, elastiekjes etc.
• A4-vellen verdeeld in drie vlakken.
• Boetseerklei en boetseergereedschap (bv. cocktailprikkers en vorkjes).
• Water.