LESKIST HET WEERBERICHT
Als het weerbureau staakt, ligt er een uitdaging voor de leerlingen om zelf het weerbericht te gaan maken. Daarvoor moeten de leerlingen wel weten hoe ze de windrichting en windsnelheid moeten meten. En dat is niet het enige! Daarom werken ze in tweetallen of groepjes aan allerlei onderwerpen met betrekking tot het maken van een weerbericht. Eerst bepalen zij hun voorkennis, vervolgens gaan ze kennis verwerven door informatie te lezen en door het doen van onderzoek. Ze maken gebruik van informatiekaarten, meetinstrumenten en filmpjes van internet. Tenslotte vertellen ze elkaar wat ze geleerd hebben en toetsen ze hun kennis om te zien of ze nu in staat zijn om de meteorologen van een 'weerbureau' te vervangen.
Doel:
De leerlingen leren:
- De verschillende onderdelen van een weerbricht kennen (temperatuur, windrichting, windkracht, wolken, zon en neerslag).
- De weeraspecten zelf meten.
- Een weerkaartje interpreteren.
- De betekenins van het weer benoemen voor mensen, planten en dieren.
Tijdsinvestering:
Afhankelijk van de werkwijze ben je met de les 2 uur en 40 minuten of ongeveer de dubbele tijd bezig.
De korte versie: 6 groepjes werken aan één weersaspect en informeren de andere leerlingen.
De lange versie: alle groepjes behandelen alle weersaspecten.
Opmerkingen:
We raden aan om aandacht te besteden aan het weer gedurende de hele tijd dat de leskist in de klas aanwezig is.
De digitale bestanden zijn te vinden op: https://www.ivn.nl/het-groene-wiel/weerbericht